Pagina 10 - Hartje zomer

14
die volop in bloei staan. Het is zo mooi om te zien.
Jessica voelt vanbinnen iets kriebelen. Ze zou er woorden aan willen
geven, maar weet niet goed hoe. Het geeft haar een feestelijk gevoel,
iets van levensverwachting. Ze zou een gedicht moeten schrijven. Of
een verhaal.
Ze pakt een blanco vel papier uit haar la en legt dat voor zich op haar
bureau. Even houdt ze haar pen er aarzelend boven. Ze sluit haar ogen
en ziet in gedachten een zomerse wei vol bloemen en bloesembomen.
Daartussen loopt een meisje op blote voeten in het hoge gras. Ze heeft
een wit jurkje aan en een grote strik in het haar. En ze zingt.
Dan begint Jessica te schrijven.
Wat ben je stil?’
Jessica schrikt op en kijkt in de vragende ogen van haar zus tegenover
zich. Daarnaast ziet ze de spottende ogen van Thomas. Haar bord is
vol geschept, maar ze heeft er nog geen hap van gegeten.
Je eten wordt koud,’ waarschuwt moeder haar.
Je zou denken dat jij examen hebt in plaats van Jacolien,’ doet vader
ook een duit in het zakje. ‘Er is toch niets waar jij je zorgen over hoeft
te maken?’
Jawel,’ plaagt Thomas. ‘Over mijn zwarte handen.’
Jessica kijkt haar broer vernietigend aan en onwillekeurig gaat haar
blik naar zijn handen. Het kan er deze keer mee door.
Haastig begint ze te eten. Moeder heeft macaroni klaargemaakt en dat
kan ze op een heel speciale manier. Jessica is er dol op.
Ze zat inderdaad te dromen. Ze heeft net op haar kamer drie kantjes
vol geschreven. De woorden en de zinnen borrelden zomaar in haar
op. Het meisje heeft een naam gekregen: Violet. Het paste helemaal bij
de omgeving waar ze in liep. Met armen vol bloesem liep ze naar het
leuke huisje dat daar aan de rand van de wei lag weggedoken tussen
twee kromgegroeide bomen. Er graasde een geit en er liepen kippen.